Fijn stof maakt ons dommer

Fijn stof maakt ons dommer

Slechte punten op je examen, een domme rekenfout gemaakt op het werk of een bal domweg naast de goal getrapt? Steek de schuld voortaan maar op fijn stof. Steeds meer onderzoeken tonen aan dat het ons denkvermogen aantast. En niet alleen op korte termijn.

Fijn stof is niet alleen slecht voor onze longen, het tast ook ons denkvermogen aan. Zo maken schakers opvallend meer grote fouten als er meer fijn stof in de lucht hangt. Onderzoekers van de Universiteit Maastricht en IZA Bonn vergeleken 20.480 zetten van toernooischakers in Duitsland met de keuze die een computermodel zou maken. Zo detecteerden ze kleine en grote ‘fouten’. Die legden ze naast metingen van luchtkwaliteit in de zaal. Voor elke bijkomende 10 microgram per kubieke meter steeg het aantal zware fouten met bijna 10%. Onder tijdsdruk was de impact van fijn stof nog nefaster. CO 2 en temperatuur hadden geen effect op de foutenlast. Ter vergelijking: de gemiddelde fijnstofconcentratie in Vlaanderen bedroeg in 2018 13,2 microgram per kubieke meter. Maar in april 2019 werden op sommige plaatsen uitschieters tot 120 microgram op dagbasis gemeten. Voor scheidsrechters geldt eveneens: hoe meer fijn stof, hoe meer ballen ze verkeerd inschatten. Dat blijkt uit een uitgebreide evaluatie van meer dan zeshonderdduizend scheidsrechterlijke inschattingen in het Amerikaanse baseball.

Omkeerbaar

“Fijn stof kan op verschillende manieren op de hersenen inwerken”, zegt Tim Nawrot, professor milieu-epidemiologie aan de UHasselt en KU Leuven. Het kan ontstekingen in de longen veroorzaken, die op hun beurt ontstekingen in de hersenen veroorzaken. Het kan rechtstreeks doordringen tot in de hersenen, wat ook tot ontstekingen kan leiden. Bij fijn stof is de doorbloeding slechter, waardoor minder zuurstof en voedingsstoffen aangevoerd worden. “Het goede nieuws van de acute effecten is: het is omkeerbaar”, zegt Nawrot. Eenmaal de fijnstofconcentraties afnemen, wordt ook de impact op ons denkvermogen teruggedraaid. Maar fijn stof kan ook op lange termijn op ons brein inwerken. Wie op een plek met veel fijn stof woont, heeft een hogere kans op dementie. Kinderen die langdurig blootgesteld worden, scoren slechter op cognitieve tests.

Economische tol

Fijn stof was in 2016 in ons land verantwoordelijk voor 7.600 vroegtijdige doden, stelt het Europees Milieuagentschap. Fijn stof wordt in verband gebracht met een rist ziektes, waaronder longaandoeningen, hart- en vaatziekten en een lager geboortegewicht. Maar ook de economische tol is zwaar. De OESO stelde vast dat een stijging van de jaarconcentratie fijn stof met 1 microgram per kubieke meter een daling van de economische activiteit met 0,8% gepaard gaat. Dat is veel meer dan eerder gedacht. 95% van de impact is toe te schrijven aan de gedaalde output per medewerker: de productiviteit daalt en het werkverzuim stijgt. De uitstoot beperken kost geld, maar betaalt zich in meervoud terug, stelt de OESO. De uitstoot in Europa met 25% verminderen zou minstens het dubbele opbrengen. Bij de houtkachels, ammoniakuitstoot in de landbouw en diesels zonder roetfilter is nog winst te boeken. Maar politiek is dat niet evident, leert ook de discussie over de lage-emissiezone in Gent.

Gazet van Antwerpen – 19/02 – Dries Smet – Copyright © 2020 Mediahuis. Alle rechten voorbehouden